Twee soorten gevangenen

Koen Eykhout / Dagblad De Limburger/ Boek van de Week (22 van 2020) / ****

De historische debuutroman De smeekbede van Lianne Damen (1969) is gebaseerd op een brief die twee eeuwen geleden werd geschreven door een vrijgemaakte slavin uit Suriname. Gericht aan haar voormalig ‘meester’: “Mijn meester, acht neem mijn bede aan.” Door kapers komt de brief – die in een Londens archief zit – nooit aan. Damen, historica van huis uit, vroeg zich af wat deze vrouw bewogen heeft de smeekbede te schrijven. Het resultaat, haar roman, mag er zijn. De vrouw volgen we van toen ze een meisje van negen was, Dédé, de witten noemen haar Wilhelmina, totdat ze een oudere dame is, uitgeput en huilend op een stoepje. Drie slaven staan die dag op de brandstapel voor het stelen van wat eten en kleren. Het is 1833, dertig jaar voordat de slavernij in Suriname officieel wordt afgeschaft.

De tweede hoofdpersoon is een Utrechtse advocaat/predikant die zijn avontuurlijke heil zoekt in de suiker- of koffiehandel in Suriname, waarbij hij haast als vanzelfsprekend gebruikmaakt van slaven. Het valt uiteraard niet mee om als schrijver beide levens, zo verschillend, en beide culturen, met nog grotere verschillen, in een en hetzelfde boek geloofwaardig bij de lezer te brengen. Damen slaagt daar volledig in. Onder meer door een minutieuze, op controleerbare feiten gebaseerde tekening van de gebeurtenissen. Ze is niet zomaar achter een laptop gekropen om een treurig slavernijverhaal te schrijven, maar heeft alles wat ze opmerkt en beschrijft deugdelijk onderzocht. De slavenverblijven in Suriname, de liederen die de mensen zongen, maar ook het benepen Hollands-Utrechtse, 18de-eeuwse predikantenmilieu of hoe reizen met een trekschuit in de praktijk ging. Of de enorme kindersterfte in Nederland in die jaren. De twee hoofdpersonen zijn gevangenen van hun tijd en hun plaats, van de omstandigheden waarin ze geboren zijn, hun lot ligt vast. Ontsnappen kan niet. Dat klinkt dramatisch en dat is het ook, maar tegelijk tintelt De smeekbede van het verteltalent en het schrijfplezier, aanstekelijk voor elke lezer die zich wil laten meevoeren in een ontroerend en aangrijpend verhaal over twee vreemde lotgenoten.